‘Dit reisverslag gaat over het verleden, en wat het verleden met ons doet. Het gaat over verscheurdheid en onwetendheid, over historie en angst, over armoede en hoop, over alles wat ons nieuwe Europa scheidt en bindt.’ – Geert Mak

Er zijn zo van die boeken die een ongelooflijke invloed hebben op een persoon. Boeken die je zo in de ban houden dat je de inhoud steevast als bagage meeneemt als je buiten komt. Voor mij was dit er één, net zoals ‘In de ban van de ring’ dat was. Net zoals ‘De wildernis in’ dat was en net zoals ‘De grote beschavingsoorlog’ dat was. Je ziet het: dit boek staat heel hoog in mijn persoonlijke top.

Nu moet ik waarschijnlijk motiveren waarom ik dit boek zo hoog inschat. Je moet het lezen, dan kom je er zelf achter is misschien een antwoord. Maar voor de hardleersen – of de mensen die met minder tijd bedeeld worden (of geen tijd maken) – wil ik gerust een inspanning doen.

Ik begon met enige twijfel aan het boek. Ik liep wat verdwaald in een warrige boekenwinkel, snuisterend tussen de nauwe gangetjes, genietend van Mozart en Chopin. Ik had de luxe een cadeaubon te mogen inruilen, maar vond niet meteen mijn gading. Ik kreeg dit boek in de mot, nam het ter hand, maar legde het weer terug. Ik liep verder, draaide nog een aantal boeken om en kwam terug. Ik bekeek het nog eens, las de achterflap een tweede keer. Nu met meer aandacht. Maar toch: ik twijfelde. Nog heel even kijken of ik toch niets anders zag. Mijn nieuwsgierigheid kreeg de bovenhand. Dirk Verhofstadt, die in een interview met zijn passionele betoog voor Europa en het individualisme refereerde naar het magnus opum van Geert Mak, was de eerste die deze nieuwsgierigheid opwekte. Mijn nieuwsgierigheid in Europa als politieke entiteit was een andere motivatie. Ik keerde op mijn stappen terug en nam het boek mee naar de toonbank. Het boek was in mijn bezit, zwaar wegend in de plastieken zak die het bloed uit mijn hand afsneedt.

Weken gingen voorbij voor ik tijd vond het van naderbij te bestuderen. ‘De smekende stilte’ was nog niet uitgelezen en ik dacht er verder niet aan. In de volgorde van ‘te lezen boeken’ stonden er trouwens nog een aantal andere boeken net iets hoger geklasseerd. Ieder zijn beurt afwachten was mijn devies. Maar toen het boek uitgelezen was, bleek mijn nieuwste aanwinst een grotere aantrekkingskracht te bezitten dan eerst gedacht. Ik begon de eerste pagina te lezen, de inleiding en vervolgens het hele eerste hoofdstuk. Is er nog tijd voor het volgende hoofdstuk? Gretig nam ik ook dat op. De trein was vertrokken, een frisse wind waaide door mijn hoofd en de pagina’s scheurden voorbij.

Wat is er dan zo bijzonder aan het boek? Naast het thema was er natuurlijk het hele opzet. Het einde van de twintigste eeuw was in zicht toen de Nederlandse journalist annex schrijver aan een reis door Europa begon. Om de toestand van het continent onder de loep te nemen voor we de eenentwintigste eeuw induiken, volgens de auteur.

‘Begin 1999 verliet ik Amsterdam voor een reis door Europa die een vol jaar zou duren. Het was een soort laatste inspectie: hoe lag het continent erbij, aan het eind van de twintigste eeuw? Maar het was ook een historische reis: ik volgde letterlijk de sporen van de geschiedenis, door de eeuw en door het continent, beginnend in januari, bij de resten van de Parijse Wereldtentoonstelling en het bruisende Wenen, eindigend in december, in de ruïnes van Sarajevo.’

Mak reisde in het jaar 1999 kriskras door het ‘oude continent’ op zoek naar verhalen over de geschiedenis en het heden, van mensen over mensen, met impressies als graadmeter. Chronologisch liep hij de hele eeuw af en bezocht de kruispunten van de Europese geschiedenis. Dagelijks publiceerde de Nederlandse krant NRC Handelsblad uitreksels van zijn tocht op de voorpagina. Het boek dat volgde overtrof het succes ook op internationale schaal.

De manier waarop hij zijn verhaal vertelt is niet wat men meestal verwacht van een geschiedkundig werk. Hij hanteert het principe van ‘microhistoriciteit’ – zoals een familiale aanhechting van me (of beter: haar prof) het verwoordde. Hij werkt met kleine getuigenissen van gewone mensen. Op die manier tracht hij de sfeer van die dagen weer te geven, met aandacht voor details en – op het eerste zicht – pietluttigheden. Zo krijg je niet alleen een beeld mee van de politieke intriges van de tijd, ook het globale overzicht en de sfeer die er heerste komen aan bod. De horror van de loopgraven, de stijgende politieke wanhoop, … Verbijsterend hoe ik meegesleurd werd in het verleden. Maar toch verliest hij het grote geheel niet uit het zicht. Ontnuchterende cijfers over de beide Wereldoorlogen bliezen me bijna letterlijk van mijn stoel. Al die doden, al die weggegooide dromen. Miljoenen. Verbijsterend…

Ik ben geenszins de enige die zijn werk kon appreciëren. Een grappige anekdote overkwam me op de trein. Sporend van Brussel naar Gent – of was het omgekeerd? – zag ik een wat ouder koppel voor me zitten. Twee levenslustige mensen die zo uit een standaard bibliotheek weggerukt leken te zijn. Je kent dat wel: het type dat cultuur hoog op het lijstje staan heeft. Een citytrip naar Brugge of Venetië zegt hen eindeloos veel meer dan een weekje in de Spaanse of Turkse zon. De man, een kloeke doch fitte zestiger, port zijn vrouw aan. Zij heeft waarschijnlijk net naar Klara geluisterd of in Knack gebladerd, haar grijze kortgeknipte kopje straalt een gezonde strengheid uit. De man probeert haar te wijzen op mijn lectuur. De vrouw begrijpt het niet goed, waarop de man nogmaals probeert. Zacht fluisterend, pogend de stilte van de asociale mensen niet te verstoren. Hij geeft het op, maar ik zie het ongeduld in zijn blinkende ogen. De trein rijdt immers het station binnen en eindelijk kan hij duidelijk maken wat hem op het hart ligt. Ik pak mijn spullen en treuzel wat, tot ik hem hoor zeggen wat ik aan het lezen was. Zijn opluchting waait als een frisse wind door de wagon: de vrouw kent het boek wel degelijk ook. Ik vraag me af of de ingetogen massa de ingehouden zucht ook gehoord heeft.

Een andere – minder anekdotische – getuige van de appreciatie voor Geert Mak zijn de talloze prijzen die hij ondertussen in de wacht sleepte. En nog: niet enkel boekenwurmen konden zijn schrijfsels appreciëren. Een heuse televisieserie werd op het getouw gezet om zijn ervaringen kracht bij te zetten. De woorden tot leven te roepen. Het oude continent in beeld te brengen. En wat blijkt? Voor mij is het beeld van oude continent omgetoverd in een frisse, jonge en veelbelovende adolescent die ik van dichtbij probeer te volgen. Daadkracht is misschien nog veraf, maar het pad dat ernaar loopt boeit me meer dan ooit. Met dank aan Mak, Geert Mak.

Advertentie